• darkblurbg
  • darkblurbg
  • darkblurbg

De PISA-ranking in een ander daglicht

Gepubliceerd op: 03-02-2023

Uit onverwachte hoek verscheen een artikel over de vraag wat de betekenis is van de internationale PISA-ranking. Het CPB constateert dat er in de gebruikte onderzoeksmethode zoveel variabelen zitten, dat het verband tussen de kwaliteit van het onderwijs in een land en de plek op de PISA-ranglijst in het geheel niet duidelijk is. ‘Wanneer andere landen hun score verbeteren of meer landen deelnemen zakt Nederland weliswaar, maar betekent dat niet automatisch dat leerlingen achteruit zijn gegaan. Ook zijn er diverse factoren die een goede vergelijking van de scores over de tijd en tussen de landen lastig maken’, aldus het CPB. De dalende positie van Nederland op de ranglijst is zeker iets dat we in de gaten moeten houden, omdat aandacht voor en inzicht in de kwaliteit van ons onderwijs van groot belang zijn, maar het is ook belangrijk dat we ons baseren op de juiste data. Voor ons als bestuurders is het daarom goed om inzicht te hebben in de onderzoeksmethode achter de ranking. Het artikel kun je hier lezen. Hieronder lees je een column van VvOB-bestuurslid Willem de Vos: ‘Ik doe een dringende oproep aan politici en beleidsmakers voor onderwijs, zich niet meer op die ranking te baseren. Weg met die malle lijstjes.’

 

Ziejewel?!

Wees geen ‘ziejewellist’ en kijk uit met de woorden ‘zei ik het niet?!’

Maar geniet wel af en toe van je gelijk. Hoewel ook dat link is. Hersenonderzoekers hebben aangetoond dat ons brein er heel wat voor over heeft om zijn ongelijk vooral niet te erkennen. Psychologen houden ons voor dat we vooral waarnemen wat we al dachten: waarnemen is voor een groot deel voorspellen.

Dat gezegd hebbend (oh ja, ook niet vergeten: één bron is géén bron, één onderzoek is géén onderzoek): mijn hart sloeg een tel over bij het lezen van het opschrift van het artikel van het Centraal Plan Bureau met de titel ‘Een blik op de Nederlandse positie in onderwijsrankings’. En de inhoud van het artikel bracht mijn mondhoeken als vanzelf omhoog.

Zei ik het niet? Al dat geflirt met die internationale rankings van de onderwijskwaliteit! Zakken op die vermaledijde lijst hoeft helemaal niet te betekenen dat de prestaties van leerlingen achteruitgaan. Daarvoor zijn er teveel parameters in het geding, zoals steeds nieuwe deelnemers, testuithoudingsvermogen van de invullers, veranderende statistische methodes. Kennelijk is die PISA-uitslag net zo scheef als de gelijknamige toren. Als een (nieuw) deelnemend land zijn onderwijsprestaties verbetert, zakken die van de andere landen automatisch. Doet me denken aan een hele oude reclame van een beleggingsfirma: een man stapt over de landen van de wereld, als er hier een omhoog komt, zakt een ander land tegelijkertijd weg. Net als bij die klotsende bedden. Daar moet ik ook al niet aan denken trouwens.

Toen enige tijd terug een PISA-rapport liet zien dat de motivatie van Nederlandse leerlingen zorgelijk laag was en die van Chinese leerlingen torenhoog dacht ik al: wat een scheve vergelijking! Wij leren leerlingen dat zij voor hun mening mogen uitkomen, zonder op hun falie te krijgen. Maar in China ga je toch niet opschrijven dat je niet gemotiveerd bent om te leren voor de Grote Leider?

En nu het Centraal Plan Bureau de bodem onder de PISA-ranking uit slaat (dat is toch het bureau dat alle politieke partijen door de mangel haalt omdat hun verkiezingsprogramma’s niet betaalbaar zijn of niet zullen opleveren wat ze beloven?) doe ik een dringende oproep aan politici en beleidsmakers voor onderwijs, zich niet meer op die ranking te baseren. Weg met die malle lijstjes. Ook zonder die scheve ranking is er reden genoeg om elke dag te werken aan kwaliteit van onderwijs!

Toen ik een klein jochie was, stond op de voorkant van weekblad De Spiegel een foto van een ingestorte toren van Pisa. Nederlandse toeristen zouden daar huisgehouden hebben en de puinhoop hebben veroorzaakt. Zij zaten in de cel en het weekblad riep op tot een handtekeningenactie om ze vrij te krijgen. Het bleek een geshopte foto te zijn, door een kunstschilder, speciaal voor 1 april.

Ik voel me ook gefopt.

 

Willem de Vos, bestuurslid VvOB