Na de tweede pilot komt de invoering van het accreditatiesysteem voor onderwijsbestuurders snel dichterbij. Na ledenraadplegingen bij VvOB, PO Raad en VO Raad is het nu tijd om de accreditatieorganisatie te gaan inrichten. Als alles volgens plan verloopt kan het bureau dit najaar van start en beginnen de accreditatietrajecten in de eerste helft van 2025. Bestuurslid accreditatie bij de VvOB Arn Bressers: “Dit is een mijlpaal voor de VvOB. Sinds de oprichting in 2020 heeft onze vereniging zich hard gemaakt voor accreditatie van onderwijsbestuurders. Via dit stelsel kunnen bestuurders hun professionele ontwikkeling laten toetsen en laten zien dat zij hun vak goed uitoefenen.”
In 2023 ging de eerste proef van start. In 2024 volgende een tweede pilot. Deze twee pilots leveren informatie op die belangrijk is voor het vervolg. Projectleider accreditatie Carla Grootjen: “We hebben meer grip gekregen op het hele proces.” Carla Grootjen werkte in de afgelopen twee jaar samen met kwartiermaker Paul Zevenbergen aan de voorbereidingen van het stelsel. In deze voorbereidende fase lieten 30 onderwijsbestuurders zich bij wijze van proef accrediteren. De 30 deelnemers aan de pilots waren afkomstig uit het hele land. “We hebben er voor gezorgd dat bestuurders van Den Helder tot Sittard en van Rotterdam tot de provincie Drenthe meededen aan de pilots. De schoolorganisaties die zij vertegenwoordigden variëren van groot tot klein.” Daarnaast is er op gelet dat alle denominaties vertegenwoordigd zijn.
Draagvlak
De reacties van de geaccrediteerde bestuurders zijn over het algemeen zeer positief. Accreditatie is een intensief proces, maar het levert veel op. Carla: “We hebben hen ook gevraagd om hun ervaringen te delen met andere bestuurders. Op die manier zorgen we ervoor dat zoveel mogelijk bestuurders inzicht krijgen in het proces. Daarmee creëren we draagvlak en zorgen we voor spin-off.”
Instemming van VvOB en raden
Eerder stemden de leden van VvOB, PO Raad en VO Raad in met het beroepsprofiel, dat ten grondslag ligt aan het accreditatiestelsel. Deze maand legde het VvOB-bestuur twee andere vragen aan de leden voor: instemming met de accreditatiesystematiek en mandaat aan het bestuur voor de inrichting van een accreditatiebureau. Het resultaat van de digitale stemming leverde een helder beeld op: van de 166 stemmers waren er 146 voorstanders van de gekozen systematiek. 145 leden stemden voor een mandaat aan het bestuur. Volgens de afspraken binnen de VvOB worden leden die niet stemmen, geacht voor te stemmen. Dit betekent dat er een overgrote meerderheid instemt. Ook de leden van de VO Raad hebben ingestemd met beide vraagstukken. Bij de PO Raad is er ingestemd met de accreditatiesystematiek. Over de inrichting van het accreditatiebureau wordt in november een definitief besluit genomen. “Het bestuur van de VvOB heeft de tegenstemmers gevraagd hun overwegingen met ons te delen”, vertelt Arn Bressers. “Hun respons nemen wij mee naar de stuurgroep accreditatie.” Daar bespreekt het bestuur van de VvOB ook de wens om bestuurders van samenwerkingsverbanden mee te laten doen aan de accreditatie. De VvOB is immers ook de belangenvereniging voor deze bestuurders. Daarnaast bespreekt de stuurgroep het vraagstuk hoe om te gaan met interim-bestuurders en aankomende of startende bestuurders.
Accreditatiebureau
De afgelopen tijd is onderzocht hoe een onafhankelijk accreditatiebureau eruit kan zien. Samen met de raden gaf het bestuur van de VvOB hiervoor opdracht aan bureau Berenschot. Inmiddels heeft Berenschot hierover een adviesrapport opgeleverd. Daarbij was de governance van de accreditatieorganisatie een belangrijk aandachtspunt. “De opdrachtgevers willen niet te dicht op de accreditatieorganisatie gaan zitten”, legt Carla uit, “maar ze willen er wel nauw bij betrokken zijn.” Berenschot onderzocht daarom de juridische basis van verschillende organisatievormen. “In de komende weken zullen VvOB, PO Raad en VO Raad samen een uitspraak doen over de vorm die zij het meest wenselijk vinden.”
Daarna is het tijd voor de volgende stap. Arn: “Het is de bedoeling om na de zomervakantie een projectleider aan te stellen en de implementatie van het stelsel tot januari vorm te geven.” Vertrouwelijkheid is daarbij een belangrijke voorwaarde. Een geschikte plek voor het voeren van gesprekken is bijvoorbeeld van belang, zegt Carla. “Je moet een optimaal vertrouwelijke omgeving creëren voor bestuurders om dit proces te kunnen doorlopen.”